Zal de geschiedenis zich herhalen als we zien wat er gebeurde met Sadrach, Mesach en Abed-Nego en de tijd waar in we nu leven? Zullen wij gehoorzaam zijn ondanks dat het niet het gangbare is wat anderen doen? Zullen wij standvastig zijn in de waarheid, ook al zullen we de gevangenis worden ingegooid? De waarheid moet tegen elke prijs worden gehoorzaamd, ook al staren gapende gevangenissen, kettingboeien en verbanning ons in het gezicht.
God's zorg voor zijn kinderen
Lees DaniĆ«l 3: āKoning Nebukadnezar maakte een gouden beeld, waarvan de hoogte zestig el was, en zijn breedte zes el. Hij richtte het op in het dal Dura, in het gewest Babel. En koning Nebukadnezar stuurde een boodschap ā¦ om al de autoriteiten van de gewesten te verzamelen, om naar de inwijding van het beeld te komen dat koning Nebukadnezar had opgericht. ā¦ En zij stonden voor het beeld dat Nebukadnezar had opgericht.ā Bij het geluid van de muziekinstrumenten moet IEDEREEN neervallen en het gouden beeld aanbidden dat koning Nebukadnezar heeft opgericht.
Iedereen moest het gouden beeld aanbidden
"Op dat moment kwamen enkele Chaldeeƫn naderbij, en beschuldigden de Joden. Zij spraken en zeiden tot de koning Nebukadnezar: O koning, leef voor eeuwig.... Er zijn bepaalde Joden, die gij over de aangelegenheden van de provincie Babylon hebt gesteld, Sadrach, Mesach en Abed-Nego; deze mannen, o koning, hebben u niet in acht genomen; zij dienen uw goden niet, noch aanbidden zij het gouden beeld dat gij hebt opgericht."
De koning was woedend en hij beval dat de mannen voor hem moesten worden gebracht. "Is het waar, Sadrach, Mesach en Abed-Nego, dat gij mijn goden niet dient, noch het gouden beeld aanbidt dat ik heb opgericht?ā
Toen de drie Hebreeƫn voor de koning stonden in hun morele WAARDIGHEID, ONSCHULD en ZUIVERHEID, was hij ervan overtuigd dat zij superieur waren aan de mannen in zijn koninkrijk. Zij waren altijd trouw geweest in de vervulling van hun plichten, en hij besloot dat hij genadig zou zijn, en hun een TWEEDE KANS zou geven. Als ze bereid zijn nu neer te vallen nadat het muziek is afgespeeld en het beeld te aanbidden, zo niet, dan zullen ze hetzelfde uur nog in de brandende oven geworpen worden. En toen, met de hand omhoog gestrekt in uitdagendheid, vroeg hij: "En wie is die God die u uit mijn handen zal verlossen?"
Met de oven in zicht, antwoordden de gevangenen op het vreselijke dreigement van de koning, zeggende: "O Nebukadnessar, wij zijn niet voorzichtig om u te antwoorden in deze zaak. Als het zo is, onze God, die wij dienen, is bij machte ons uit de brandende vurige oven te verlossen, en Hij zal ons uit uw hand verlossen, o koning." Hun geloof nam toe in de kennis dat God zou worden verheerlijkt in deze handeling, en met een vaste, triomfantelijke klank van impliciet vertrouwen in hun stem, zeiden zij: "Maar zo niet, laat het u bekend zijn, o koning, dat wij uw goden niet zullen dienen, noch het gouden beeld aanbidden dat u hebt opgericht.ā
Vol boosheid beval hij de oven zeven maal heter te stoken dan normaal. Het bevel van de koning was dringend. Hij wilde de mannen straffen die het hadden gewaagd hun wil tegen zijn wil uit te oefenen; en zonder uitstel werden zij, met al hun kleding aan, in het vuur geworpen. "Omdat het bevel van de koning dringend was, en de oven zeer heet, doodde de vlam van het vuur de mannen die Sadrach, Mesach en Abed-nego opnamen.ā
De koning keek, vervuld van satanische woede, naar het tafereel, wachtend om te zien hoe snel de mannen die hem hadden uitgedaagd, volkomen zouden worden verteerd. Maar plotseling kwam er een einde aan zijn triomf. Hij zag iets, waarvan hij dacht, dat het een illusie moest zijn. Hij werd bleek en terwijl hij zijn ogen met zijn hand bedekte, richtte hij zijn blik op de oven, die hij met intense belangstelling gadesloeg. Ongerust vroeg hij zijn grote mannen: "Hebben wij niet drie mannen gebonden in het midden van het vuur geworpen?" "Waar, o koning," was het antwoord. Met een stem trillend van opwinding riep hij uit: "Zie, ik zie vier mannen los in het midden van het vuur lopen, en zij hebben geen kwaad; en de gedaante van de vierde is als de Zoon van God.ā
"Hebben wij niet DRIE mannen gebonden in het midden van het vuur geworpen?" "Zie, ik zie VIER mannen los in het midden van het vuur lopen?"
Met gevoelens van diepe vernedering en wroeging stond de koning zo dicht mogelijk bij de gloeiend hete oven als hij durfde, en riep met een heldere, luide stem: "Gij dienaren van de allerhoogste God, komt tevoorschijn en komt hierheen." Zij gehoorzaamden de stem van de koning en kwamen ongedeerd naar buiten, zonder zelfs maar de geur van vuur op hen.
š„ De geschiedenis zal zich herhalen:
Valse godsdienst zal worden verheven. De eerste dag van de week, een gewone werkdag, die geen enkele heiligheid bezit, zal worden ingesteld zoals het beeld te Babylon was. Alle naties en tongen en volkeren zullen worden BEVOLEN deze valse sabbat te aanbidden. Dit is Satans plan om de dag, door God ingesteld en aan de wereld gegeven als een gedenkteken van de schepping, van geen belang te maken.
Het decreet dat de aanbidding van deze dag afdwingt, moet uitgaan naar de hele wereld. In beperkte mate is dat al gebeurd. Op verschillende plaatsen spreekt de burgerlijke macht met de stem van een draak, net zoals de heidense koning sprak tot de Hebreeuwse gevangenen.
Het decreet dat de aanbidding van deze dag afdwingt, moet uitgaan naar de HELE wereld.
Beproeving en vervolging zullen komen voor allen die, in gehoorzaamheid aan het Woord van God, weigeren deze valse sabbat te vereren. Geweld is het laatste redmiddel van elke valse godsdienst. In het begin probeert zij aantrekkingskracht uit, zoals de koning van Babylon de kracht van muziek en uiterlijk vertoon uitprobeerde. Als deze aantrekkelijkheden, uitgevonden door mensen geĆÆnspireerd door Satan, er niet in slaagden de mensen het beeld te doen aanbidden, waren de hongerige vlammen van de oven klaar om hen te verteren. Zo zal het ook nu zijn. Het pausdom heeft haar macht uitgeoefend om de mensen te dwingen haar te gehoorzamen, en zij zal dat blijven doen. Wij hebben dezelfde geest nodig die door Gods dienaren werd getoond in het conflict met het heidendom. Hun oog was alleen gericht op de heerlijkheid van God; hun zielen waren standvastig; de kracht van de waarheid hield hen vast aan hun trouw aan God. Het is in de kracht van God alleen dat wij in staat zullen zijn Hem trouw te zijn.
"Indien gij Mij liefhebt," zei Christus, "bewaart mijn geboden." "Wie mijn geboden heeft en ze bewaart, die heeft Mij lief; en wie Mij liefheeft, zal bemind worden door mijn Vader, en Ik zal hem liefhebben en Mijzelf aan hem openbaren." En heeft Christus zich niet geopenbaard aan zijn trouwe kinderen? Wandelde Hij niet in de oven met de gevangenen die weigerden aan het gouden beeld ook maar Ć©Ć©n tittel van de eerbied toe te kennen die God toekwam? Heeft Hij Zich niet geopenbaard aan Johannes, die verbannen was naar het eiland Patmos om zijn trouw? Hebben zij die vervolgd zijn omwille van de gerechtigheid, die, hoewel zij gedwongen waren te lijden, weigerden de instelling van het pausdom te aanbidden, niet de aanwezigheid van de goddelijke Trooster in hun eenzame gevangenissen beseft?
Het is in de kracht van God alleen dat wij in staat zullen zijn Hem trouw te zijn.
De geboden van zondige mensen moeten zinken in onbeduidendheid naast het Woord van de eeuwige God. De waarheid moet tegen elke prijs worden gehoorzaamd, ook al staren gapende gevangenissen, kettingboeien en verbanning ons in het gezicht. Als je trouw en waarachtig bent, zal die God die met de drie Hebreeuwse kinderen in de vurige oven wandelde, die Daniƫl in de leeuwenkuil beschermde, die zich aan Johannes openbaarde op het eenzame eiland, met je meegaan waar je ook gaat. Zijn blijvende aanwezigheid zal je troosten en ondersteunen; en je zult de vervulling van de belofte beseffen: "Indien iemand Mij liefheeft, zal hij mijn woorden bewaren; en mijn Vader zal hem liefhebben, en wij zullen tot Hem komen en bij Hem onze intrek nemen."
Commentaires